Zonnestroompanelen in Nederland

duurzaamheid achter de meter

Voor wat hoort wat. Subsidie!

In Leiden is men helemaal besjogge. Ik ben van beroep neuroanatoom, maar ik heb geen flauw idee wat er in de schedel van sommige gemeenteambtenaren zit. In ieder geval geen grijze stof met kennis van elementaire natuurkunde. Is natuurkunde te lastig voor gemeenteambtenaren? Als het over warmte gaat staan ze hun genderneutrale persoon (‘mannetje’ mag immers niet meer), maar bij zonnepanelen is men op hol geslagen. In mijn beschermde-stadgezichtswijk moet je vergunning aanvragen voor alles wat los en vast zit, en zeer zeker voor zonnepanelen. Er zijn drie mogelijkheden: dakvlak 1 – onder geen enkele voorwaarde vergunning, dakvlak 2: geen vergunning tenzij je aan zeer strenge regels voldoet, dakvlak 3: geen vergunning maar er is wat te regelen.

Het gaat om daken dakvlak 2. De kleur van de zonnepanelen moet aansluiten bij dat van het dak. Dus: zwarte panelen op blauwe daken worden toegestaan, maar zwarte panelen op rode daken niet. Er wordt door de amtenaar gesuggereerd om dan maar terra-cotta kleurige panelen te laten installeren.

Hoe bestaat het! ik zie panelen met normale afmetingen 1692 x 1029 mm monokristallijn zwart met een vermogen van 350 Wp. Panelen met soortgelijke afmetingen maar dan terra cotta kleur hebben een vermogen van 255 Wp. Dit lagere vermogen wordt veroorzaakt omdat een deel van het kleurspectrum van het invallende zonlicht niet wordt gebruikt maar wordt gereflecteerd. Vandaar de bruine kleur van die panelen. Kleur kost vermogen.

Stel je legt een patroontje van 3×3 panelen op je dak. In monokristallijn zwart wordt dat 3.150 Wp. Opbrengst per jaar gemiddeld 2.675 kWh. In terra cotta wordt dat 9 x 255 = 2.295 ofwel 1.950 kWh. Verschil per jaar dus 725 kWh. Die panelen liggen daar 20 jaar. Het verschil loopt op tot 14.500 kWh.

Leve de gemeenteambtenaren in Leiden. Men vindt het leuk als burgers genoegen nemen met de schone illusie dat terra-cotta kleurige zonnepanelen vanaf de straat ‘passender zicht’ bieden aan voorbijgangers dan zwarte panelen. Daarmee jaagt de gemeente de eigenaar op kosten, namelijk een hogere prijs voor de terra-cottapanelen (nicheproduct, want maar 1 fabrikant) plus behoorlijk mindere opbrengst. Ik vind dat de gemeente de eigenaar hierom tegemoet moet komen met een subsidie als premie voor verbetering van het stadsgezicht onder verduurzaming. Die subsidie zou moeten bestaan uit meerkosten (100 euro per paneel) plus vergoeding voor gederfde opbrengst : 20 jaar x 80 = 1.600 kWh a 20 cent = 320 euro. Bij elkaar 420 euro PER PANEEL! Zo veel kost de poging tot instandhouding van het Openluchtmuseum Beschermd Stadsgezicht Leiden. Komt het zien!